Omgaan met depressie
Wat kan je zelf doen als je somber bent? Het belangrijkste is dat je erover praat met iemand die je vertrouwt en dat je hulp zoekt. Hieronder vind je nog meer tips:
- Het kan opluchten om er met iemand over te praten die je vertrouwt. Bijvoorbeeld met een goede vriend, broer of zus, je ouders, je docent of iemand van de vereniging waar je bij zit. Door te praten lukt het soms beter om je gedachten en gevoelens op een rijtje te zetten.
- Ga bewegen! Pak je sport weer op of begin met een nieuwe sport. We weten uit onderzoek dat rennen een depressie kan verhelpen en geven daarom bij Youz ook running therapy. Door te bewegen maakt je lichaam namelijk endorfine aan, een stofje dat je een beter gevoel geeft. En dat is niet alles: door te sporten ben je bezig, heb je lol met andere mensen en je kunt voldoening halen uit sporten en (proberen) een wedstrijd winnen.
- Ga dingen doen die je vroeger zo leuk vond om te doen. Mensen met een depressie vinden het soms moeilijk om de deur uit te gaan en dan iets te gaan doen. Als je je vrienden weer opzoekt en bijvoorbeeld naar de bioscoop gaat, krijg je positieve energie.
- Maak simpele plannen en probeer deze echt uit te voeren.
- Op de website GripopjeDip.nl kun je chatten met jongeren die met dezelfde vragen zitten als jij. Je kunt daar ook mailen met een deskundige die je advies kan geven om je sombere gevoelens te verminderen. En je vindt er tips die je op weg kunnen helpen om beter met je dip om te gaan.
- Zorg goed voor jezelf, dus slaap goed, eet goed en zorg voor voldoende rust.
Omgaan met jongeren met een depressie
Dit zijn tips voor anderen; je vrienden, je ouders, leerkrachten etc. Andere mensen kunnen het moeilijk vinden om met jou (iemand met een depressie) een gesprek aan te knopen. Dat andere mensen het moeilijk vinden om met jou een gesprek te beginnen geeft je/degene met een depressie een rotgevoel en versterkt de sombere gevoelens. Toch kun je die ander met een depressie helpen. Een paar tips.
- Benoem de dingen die goed gaan.
- Ga na waar de jongere nog (enig) plezier aan beleeft en stimuleer dit.
- Luister oprecht en actief, zonder oordelen. Geef ook eigen gedachten en gevoelens weer.
- Informeer naar de klachten, stel concrete vragen, stel niet teveel eisen. Neem de klachten serieus.
- Help met het stellen van haalbare doelen, visualiseer deze en stimuleer om de doelen te behalen.
- Stimuleer lichaamsbeweging.
- Geef steun en bied oplossingen voor de besproken problemen.
- Stimuleer de jongere om er met de ouders over te praten en indien nodig om hulp te zoeken.
- Probeer een positief uitzicht op de toekomst te geven.
- Maak afspraken en blijf in gesprek.